Orpheusspotvogel, adult
man, 20 juni 2014, Blauwe Kamer, Wageningen (©Rob Zweers)
|
Tegen tien uur in de ochtend van 19 juni 2014 plaatste Robert Keizer op de whatsapp-groep Alerts Gelders VogelNet het bericht dat een Orpheusspotvogel was gevonden bij de telpost in de Blauwe Kamer door Niels Gilissen.
Een
week later, op 25 juni, maakte Aart Vink een ronde over het Planken
Wambuis. Iets voor achten in de ochtend gaf hij via eerder genoemde
whatsapp-groep een Orpheusspotvogel door bij de proefveldjes bij
Mossel.
Deze
Orpheusspotvogels zijn het eerste en tweede bevestigde geval voor de
provincie Gelderland en daarmee nummer 364 op de provinciale lijst.
De
soort werd tot en met 2005 beoordeeld door de Commissie Dwaalgasten
Nederlandse Avifauna (CDNA).
De ontdekkingsverhalen:
Blauwe
Kamer, Wageningen 19
– 24 juni 2014
Op
19 juni 2014 ging ik voor het eerst sinds weken (schandalig) weer
eens een rondje maken door de Blauwe Kamer, mijn achtertuin. Bij
aankomst op de telpost werd mijn aandacht direct getrokken door een
bosrietzanger-achtige zang. Ik hoorde dat het geen Bosrietzanger was,
maar ook geen Spotvogel. De zang was snel, staccato en miste de lange
uithalen en karakteristieke riedeltjes van een spotvogel, waardoor al
snel het idee van een Orpheusspotvogel bij mij postvatte. Het zien
van de vogel was nog niet makkelijk, aangezien hij aanvankelijk nogal
verborgen zong. Maar na enkele minuten liet hij zich iets beter zien,
waarbij de redelijk korte handpenprojectie opviel, maar ook een
opvallend licht vleugelveld. Ik kon enkele recordshots maken, van
enige afstand, omdat ik de vogel niet wilde verstoren. Ik had weinig
ervaring met de soort, mijn enige Nederlandse waarneming was die van
Ankeveen begin jaren negentig (één van mijn eerste twitches) en ik
kan me eerlijk gezegd geen buitenlandse waarneming herinneren. Ik
wist niet precies hoe lang de handpenprojectie mocht zijn, en of het
vleugelveld wel zo opvallend kon zijn bij Orpheus. De zang vond ik
aanvankelijk niet 100% overtuigend, ook niet na vergelijking met
opnamen op mijn telefoon. Maar dat het een serieuze kandidaat was,
was me wel duidelijk.
Na
een Whappje naar de Wageningse Vogelgroep met het verzoek om
assistentie verschenen Robert Keizer en Aart Vink (wie anders...) als
eersten ter plaatse. Intussen had ik een geluidsopname naar de
WhatsApp groep verstuurd, en die werd positief ontvangen door Remco
Jousma. Ik begon zelf intussen ook overtuigd te raken van de
juistheid van de determinatie als Orpheus, wat werd bevestigd door
Robert en Aart. De vogel is die dag door een 20-tal vogelaars
bezocht, waaronder enkele Gelderland-lijsters. Want het bleek om een
nieuwe soort voor Gelderland te gaan! Ook in de dagen daarna was het
steeds druk bij de vogel, ondanks dat er in de buurt, op de telpost
Maarnsche Berg, ook al een Orpheus zat. Deze was ontdekt door Aat
Schaftenaar, voormalig trekteller op de Blauwe Kamer. De vogel van de
Blauwe Kamer is tot en met 24 juni gezien door meer dan 100
waarnemers. Een waarneming op 25 juni werd wegens twijfel later weer
ingetrokken, de vogel was niet gezien en een Bosrietzanger was niet
uitgesloten..
Linus
van der Plas, een van degenen die jaarlijks de Blauwe Kamer op
broedvogels inventariseren, stuurde mij het bericht dat ze op 3 en 16
juni een spotvogel spec. op dezelfde plaats hadden gehoord en zelfs
gefotografeerd. Ondanks de afwijkende zang, was het idee van een
Orpheusspotvogel niet in ze opgekomen.
Het
verhaal van Linus van der Plas: Met
de focus op Bosrietzangers liep Linus op 3 juni een
standaard-BMP-ronde door het 'zomerdijkdeel' van de Blauwe Kamer. Die
dag zong deze soort volop, 23 mannetjes werden genoteerd. Tegen 8 uur
's ochtends kwam hij aan bij het trektelpunt en hoorde aan de
noordkant van het pad over de dijk, aan weerskanten van het braambos,
twee vogels zingen. In eerste instantie dacht hij dat het
Bosrietzangers waren. De vogel aan de oostkant was inderdaad een
Bosrietzanger (goed te zien). De ander (aan de westkant van het
braambos) zong steeds bovenin een meidoorn, en mengde zijn zang met
spotvogelachtige tonen. Af en toe leek het of ze op elkaar
reageerden. Duidelijk was te zien dat het om een 'spotvogel' ging, en
niet om een Bosrietzanger. Vanwege dit mengsel van Bosrietzanger- en
spotvogel-achtige kenmerken, trok de vogel zijn aandacht. Met een
compactcamera maakte hij een aantal foto's. Hierop is wel goed te
zien dat het om een 'spotvogel' gaat. Alleen door het gemis aan
foto's van de vleugels, is niet voldoende te zien om welke
'spotvogel' het gaat. Het idee kwam niet op, dat het mogelijk om een
Orpheussptvogel zou kunnen gaan, hij hoorde jammer genoeg ook niet
dat de zang zo afwijkend was, dat hij daar meer aandacht aan had
moeten geven.
Tijdens
de volgende BMP-ronde, op 17 juni hoorden Henrik de Nie en Linus op
dezelfde plaats deze vogel weer kort zingen. Henrik vond deze
spotvogel bij het braambosje inderdaad a-typisch zingen; maar de
vogel werd toch als Spotvogel ingetekend. Omdat veel Bosrietzangers
ook maar korte stukjes zongen, en zelden voluit, is er toen geen
aandacht aan gegeven.
Kortom:
hoogstwaarschijnlijk gaat het bij de vogel van 3 juni en 17 juni om
dezelfde Orpheusspotvogel (pers med L van der Plas juni 2014).
Orpheusspotvogel, 20 juni 2014 habitat adulte man, Blauwe Kamer, Wageningen (©Remco Wester) |
Planken
Wambuis,
Ede
25
– 26 juni 2014
In
de vroege ochtend van 25 juni, een dag na de laatste waarneming in de
Blauwe Kamer, vond Aart Vink een zingende man Orpheusspotvogel langs
de Kreelseweg op Planken Wambuis, Ede., de tweede voor Gelderland.
Zijn verhaal:
'Toen
ik even stilstond om de omgeving af te zoeken zag ik heel kort een
'spotvogel', maar te kort en dacht 'zal toch wel een Fitis
geweest zijn'. Enige tijd later ging hij zingen en met twee gevallen
vers in het geheugen was het voor mij duidelijk dat het een Orpheus
was. Foto gemaakt en deze naar Remco Jousma e.a. gestuurd om te
controleren (ik had zoals meestal geen vogelboek bij me). Al snel
bevestigde Remco de kenmerken en toen heb ik het doorgegeven op de
app groepen en waarneming.nl.'
Eerste
zoekacties leverde in eerste instantie niets op, in de namiddag werd
hij toch weer gemeld. De volgende dag werd de vogel pas aan het begin
van de middag weer gevonden. De man zong minder actief en werd
foeragerend en af en toe zingend door slechts drie waarnemers
opgemerkt. Zij wisten ook foto's en een geluidsopname te maken. In de
dagen er na leek de Orpheusspotvogel weer verdwenen.
Determinatie
In
beide gevallen werden de mannetjes gevonden op de zang. Niels
Gilissen beschreef de vogel van de Blauwe Kamer als volgt:
"Onregelmatig zingend. Regelmatig mooi vrij te zien. Korte
hpp (1/2 tot 2/3 van tertials), geel op gehele onderdelen,
olijfbruine bovenzijde, handpenvlek opvallend maar valt binnen
variatie, snelle zang zonder typische spotvogel strofes.".
Gedurende zijn aanwezigheid werd de spotvogel door tientallen
vogelaars uitgebreid gefotografeerd en werden diverse geluidsopnamen
gemaakt.
Ook
de man van Planken Wambuis werd aan de hand van foto's en
geluidsopnames gedetermineerd, aan de hand waarvan Spotvogel
uitgesloten kon worden.
Op
zijn weblog Birding Wageningen werkt PieterGeert Gelderblom aan de
hand van sonogrammen een beknopte vergelijking uit van de zang van de
mannetjes van Maarn en de Blauwe Kamer (Gelderblom 2014).
Een
vergelijking met de man van Planken-Wambuis werd door Gelderblom niet
meegenomen, omdat er maar één opname van één strofe zou zijn. Dit
is veel te weinig om conclusies aan te kunnen verbinden. Wel is
duidelijk dat in elk geval deze strofe totaal niet lijkt op de zang
van de Blauwe Kamer-vogel. Deze liet een aaneenschakeling van
inleidende motieven horen, terwijl de man van Planken Wambuis de
inleidende motieven weglaat en direct naar het gebrabbel gaat. De
Maarnse vogel gebruikte vaak een of twee inleidende motieven en begon
dan te brabbelen. Op basis van deze ene strofe denkt hij niet dat het
de Maarnse vogel is en lijkt het zelfs zeer onwaarschijnlijk dat het
de man van de Blauwe Kamer is. Maar misschien zou een langere opname
wel heel andere inzichten opleveren...(pers med PG Gelderblom juli
2014).
(Noot
Remco: er zijn inderdaad meer opnamen van de vogel van Planken
Wambuis beschikbaar (via Aart Vink), misschien dat deze nog eens
vergeleken kunnen worden.
Gedrag
en biotoopkeuze
De
Orpheusspotvogel van de Blauwe Kamer hield zich op in een klein
gebied aan de noordzijde van een zomerdijk van de Nederrijn en
maakte vrijwel geen uitstapjes. Vaak werd gezongen vanuit twee hoge
meidoorns., meestal zo"n meter onder de top tot halverwege de
meidoorn. Tussen de meidoorns lag een hoog braambos van waaruit soms
ook werd gezongen, evenals vanuit twee kleinere meidoorns, meestal
nadat de hoge meidoorn langs het pad werd verlaten voor passerende
wandelaars. De bodemlaag bestaat uit een ruigtevegetatie met o.a.
Zwarte mosterd. Verspreid op de zomerdijk staan meidoorns.
Op
het Planken Wambuis bestond het biotoop uit een ruigte met
Wilgenroosje met daarin een grote Vogelkers struik in een omheind
proefvak van de gemeente Ede, in de hoek van het grote veld waar
paarden lopen.. Dat was ook de zangpost. Eenmaal zat hij te zingen in
de grote bomen boven het zandpad. Zoals te lezen bij de ontdekking
was deze vogel een stuk lastiger door zijn zwijgzaamheid en meer
verborgen gedrag.
Verspreiding
en voorkomen
De
Orpheusspotvogel rukt langzaam op vanuit het zuiden. In Limburg en
Noord-Brabant worden zingende mannetjes langzaam steeds noordelijker
in beide provincies vastgesteld (Sovon 2014). Een zingende man op 9
juni 1968 in de tuin van vogelaar C.J. Coldewey te Epse, Gorssel
werd uitvoerig door hem beschreven (Coldewey 1968), maar later naar
aanleiding van een artikel (Osieck 1981) door de commissie
Nederlandse Avifauna herzien en niet langer aanvaardbaar geacht.
Daarna zijn in Gelderland diverse malen Orpheusspotvogels geclaimd,
maar geen van allen werden fotografisch, met geluidsopnamen of een
uitgebreide beschrijving vastgelegd. Er is één serieuzer geval
welke door meerdere waarnemers werd gezien en gehoord van 1
tot en met 7 juni 1996 in Heumensoord, Heumen. Een zingend
mannetje liet zich toen van zeer nabij bekijken op de hoek
Groesbeekseweg–Biesseltsebaan. Helaas werden er geen foto's of
geluidsopnamen gemaakt. Het geval werd dan ook nooit ingediend bij de
CDNA omdat deze destijds van mening was dat zonder bewijs acceptatie
niet mogelijk was. Ook van een en mogelijk twee zingend mannetjes bij
Groesbeek , die vóór 27
juni 2004 al enige weken aanwezig zouden zijn ontbreekt nadere
informatie (van Dongen 2004)
De
dichtstbijzijnde gevallen voor de provincie Gelderland waren een
zingende man bij de Stichtse Brug, Huizen
(NH) op 8 mei
2000, in Huizen (NH) op 8 juli 2007, op de Bergerheide, Bergen
(Li) van 13 t/m 31
mei 2004
en recenter, van 10
tot 21 juni 2014 op de Maarnsche Berg, Maarn, Utrechtse
Heuvelrug
(Ut).
2014
was een redelijk goed jaar voor de soort in Nederland, met circa
twaalf gevallen (bron: waarneming.nl), waarvan een opvallend hoog
aantal buiten Zuid-Limburg, waaronder een geslaagd broedgeval in de
Flevopolder.
Dankwoord
Niels
Gilissen, Linus van der Plas en Aart Vink wil ik hartelijk danken
voor hun persoonlijke bijdragen. PieterGeert Gelderblom voor zijn
opmerkingen over het al dan niet kunnen uitsluiten van de gevallen
aan de hand van geluidsopnamen. Rob Zweers en Alex Bos leverden de fraaie foto's.
Verwijzingen
Alleyn,
W.F., van den Bergh, L.M.J., Braaksma, SJ., ter Haar, Th.J.F.A.,
Jonkers, D.A., Leys, H.N., van der Straaten, J. 1971. Avifauna van
Midden-Nederland. Van Gorcum, Assen.
Avifauna
Vogelwerkgroep Nijmegen, website
http://nijmegen.waarneming.nl/soort/atlas/?id=302.
Bekeken 17 juli 2014.
van
den Berg, A.B. & Bosman, C.A.W.B. 2001. Zeldzame vogels van
Nederland (Avifauna van Nederland 1); tweede herziene druk. GMB
Uitgeverij/KNNV Uitgeverij, Haarlem/Utrecht.
van
den Bergh, L.M.J., Gerritse, W.G., Hekking, W.H.A., Keij, P.G.M.J. &
Kuyk, F. 1979. Vogels van de Grote Rivieren. Het Spectrum, Utrecht.
Brouwer,
P., Gorissen, R., Hagemeijer, W. & Helmer, W. 1985. Vogels van
de Ooypolder. van Hoorn, Nijmegen.
Coldewey,
C.J. 1968. Veldwaarneming van de Orpheusspotvogel (Hippolais
polyglotta). Limosa 41(3): 107-108.
van
Dongen, R. M, Haas, K. & de Rouw, P. W. W. 2004. Recente
meldingen Nederland: mei-juni 2004. Dutch Birding 26(4):
272-281.
Dutch
Avifauna, http://www.dutchavifauna.nl/.
Bekeken 18 juli 2014
Gelderblom,
PG. 2014. Twee zingende Orpheusspotvogels langs de Utrechtse
Heuvelrug: een beknopte vergelijking. Weblog Birding
Wageningen, bekeken 17 juli 2014
Kwint,
N. & Sierdsema, H. 1997. Van Roze Pelikaan tot Kruisbek;
bewerking van het waarnemingenarchief Vogelwerkgroep Arnhem e.o.
1970-1995. Vogelwerkgroep Arnhem, Arnhem.
Lensink,
R. 1993. Vogels in het Hart van Gelderland. Vogelwerkgroep Arnhem
e.o.. KNNV, Utrecht.
Leys,
H., Sanders, G. & Knol, W. 1983. Avifauna van Wageningen en
wijde omgeving. KNNV Vogelwerkgroep Wageningen, Wageningen.
Osieck,
E.R. 1981. Waarnemingen van Orpheusspotvogel in 1960 en 1968 ten
onrechte aanvaard. Dutch Birding 3(1):
23-25.
Scharringa,
C.J.G. & Osieck, E.R. 1981. Zeldzame vogels in Nederland in
1980, Limosa 54(4)-133
Sovon
Actueel. 2014. Doorbraakjaar Orpheusspotvogel? Sovon Vogelonderzoek
Nederland. Website
https://www.sovon.nl/nl/actueel/nieuws/doorbraakjaar- orpheusspotvogel.
Tekke,
M.J. 1970. Ornithologie van Nederland 1968. Limosa 43(1): 55
Vogelwerkgroep
Arnhem e.o. 2013. Van IJsduiker tot IJsgors. Vogelwerkgroep Arnhem
e.o., Arnhem.
van
IJzendoorn, E.J., van der Laan, J & CDNA. 1996. Herziening
Nederlandse Avifaunistische lijst 1800-1979: tweede fase. DB 18(4):
157-202
Waarneming.nl.
Oprheusspotvogel in 2014: bekeken 4
september 2014
tekst: Remco Wester, 3
mei 2018
Op de hoogte blijven
van interessant vogelnieuws uit Gelderland? Like dan:
Bezoek ook eens de
website:
Heb jij originele,
leuke en mooie foto's van vogelsoorten in Gelderland? Ik hou me graag
aanbevolen. Zie mailadres onder
_____________________________________
Voor een compleet beeld
van de vogels zijn oude waarnemingen in Gelderland van groot belang.
Heeft u nog notitieboekjes, oude archieven, dia's/foto's, noem maar
op, voer deze aub in op Waarneming.nl, of mail ze naar onderstaand
adres. Alvast dank!
Remco
Wester:avifaunavangelderland@gmail.com